© Arie van Genderen, december 2016
Vervolg No-nonsens
Die mechanisering zie je overigens ook bij een bedrijf als Gaiapolis. Dat was lange tijd de enige EKO-sapperserij in het land. Op een gegeven moment kwamen er andere bedrijfjes bij. Er ontstond konkurrentie. Gaiapolis heeft toen flink geïnvesteerd in arbeids-besparende apparatuur. Daardoor konden ze met scherp konkur-rerende prijzen gaan werken. De andere bedrijfjes moesten toen daarin mee. In dat proces is het streven naar zo min mogelijk vervreemding en naar meer werkgelegenheid steeds minder aan de orde.
Hoop Geld
Terwijl dit waarden zijn die in het ’EKO-manifest' hoog staan aangeprezen.
Arie: Van de 6 punten waarin het EKO-manifest samenvat wat de EKO-beweging nastreeft, is alleen het punt landbouw redelijk uitgewerkt. De rest is het nivo van interne diskussie en geharre-war nooit overstegen. Toen we het manifest in maart 1982 presenteerden, zeiden we in het najaar de kreten van het manifest in een brochure te zullen uitwerken. Het is tekenend voor de situatie dat die brochure er nooit is gekomen. Er bleken maar heel weinig mensen bereid hierover mee te praten. Wat er aan diskussie over werd gevoerd, ontaardde al spoedig in monologen zonder dat men naar elkaar luisterde. Het is triest om te zeggen, maar die diskussies stonden op een uitgesproken laag peil.
Maar ondertussen ging er wel een hoop geld rond in het circuit en speelden er allerlei handelsbelangen mee. Dat maakte, met een jaaromzet van enkele tientallen miljoenen guldens, de diskussie er niet gemakkelijker op.
Door schade en schande hebben we moeten leren dat het adagium 'in goed vertrouwen en in goed overleg' definitief tot het verleden behoort. Waarbij, zoals gebruikelijk, de goeden onder de kwaden lijden. Want ik wil met nadruk zeggen dat er boeren zijn in de alternatieve landbouw waarvoor ik mijn handen in het vuur zou durven steken.
Rijkskeurmerk
De situatie verkeert dus volgens jou in een impasse. Het circuit staat op springen en het EKO-merk is niet meer effektief Wat nu?
Arie: Er cirkuleert al een tijdje een idee om het circuit open te gooien en ons eerst maar eens te beperken tot de landbouw. Ik denk daarbij aan het maken van een keurmerk ‘biologisch geteeld’, dat gebaseerd is op bepaalde eisen aan de manier
van landbouw bedrijven. Het landbouwgedeelte van de EKO richtlijnen zou hierbij als aanzet kunnen dienen. Het geheel geruggesteund door een keuringsapparaat.
Toen ik met dit idee aan de slag ging, vond ik in eerste instantie weinig medestanders, tot ik vernam dat in de Nederlandse Vereniging voor Ekologische Landbouw, zeg maar de vereniging van EKO-boeren, dezelfde geluiden te horen waren. Daarna is alles in een stroomversnelling geraakt. Wij, de Alternatieve Konsumentenbond, zijn nu aan de tafel gaan zitten met vertegenwoordigers van de Konsumentenbond en het Konsumenten Kontakt, van het Landelijk Milieu Overleg, van de EKO- en biologisch-dynamische boeren en van het Ministerie van Landbouw, om over zo’n keurmerk te praten. Als het aan mij ligt, wordt het een Rijkskeurmerk, want dat betekent dat de overheid ook de kontrole voor zijn rekening neemt. Maar een privaatrechtelijk keurmerk, zoiets als de KEMA keur dus, kan ook. Dan wel liefst met een beetje rugdekking van de overheid. Bijvoorbeeld doordat de wetgever de aanduiding ’van biologische teelt’ uitsluitend voorbehoudt aan produkten die zo’n keurmerk hebben.
Je zei dat er ook vertegenwoordigers uit de hoek van de biologisch-dynamische landbouw meepraten. Wat is hun positie in deze ontwikkelingen?
Arie: Zij luisteren veel en zeggen weinig. Ik krijg de indruk dat ze zich niets van deze diskussie willen laten ontgaan. Verder weet ik dat in hun kringen dezelfde diskussie speelt, maar daar komt heel weinig van naar buiten.
De handel in biologisch-dynamische produkten is op een zelfde manier georganiseerd als bij EKO. Met dit verschil dat zij
al jaren geleden de opening in hun circuit hebben gemaakt in de richting van de Reformwinkels. Winkels waar het voedings-bewustzijn puur is verkommercialiseerd met hun vitamine-preparaten en zemelpillen en noem maar op. Je moet je daarbij echter wel realiseren dat die twee groeperingen al in de voor-oorlogse jaren, toen reformwinkels nog minstens even idealistisch waren als nu de mensen in de alternatieve winkels, goede handelskontakten met elkaar hadden. Maar ook in het
biologisch-dynamische circuit bestaat een forse overproduktie en bijgevolg, in het bijzonder bij de boeren, een dringende behoefte om daar wat aan te doen.
Het provotariaat |
No nonsens |
Prrt, prrt doet de komputer |
Page 10 |
Page 12 |
Page 13 |
Page 15 |
Page 16 |
Kader verdeelcentra |
Kader 2 |
Kader 3 |
Page 17 |